Synthese inzichten monitoring rapport Covid

23 maart 2022

Op donderdag 12 maart 2020 kondigde de Nationale Veiligheidsraad naar aanleiding van de COVID-19-pandemie de federale fase van crisisbeheersing aan.

De Sociaaleconomische Cel (ECOSOC) liet in dit kader analyses uitvoeren en gaf advies over de sociaal-economische impact van de genomen of te nemen maatregelen. Op voorstel van Peter Samyn, voorzitter van de FOD Sociale Zekerheid, werd een interdepartementale Werkgroep Sociale Impact COVID-19 Crisis (WG SIC) opgericht. Deze werkgroep is verantwoordelijk voor het monitoren en evalueren van de maatregelen betreffende hun sociale impact en hun impact op de arbeidsmarkt.

Na twee jaar intensieve samenwerking formuleert de werkgroep enkele conclusies.

Algemeen

Het lijkt erop dat covid slechts een relatief beperkte impact heeft gehad op de globale arbeidsmarktindicatoren en de inkomens van gezinnen. De sociale bescherming en de genomen crisismaatregelen hebben de impact weten te beperken. Dit toont nog maar eens het belang ervan aan. Zwakkere groepen op de arbeidsmarkt kwamen wel meer in de tijdelijke werkloosheid en aanvankelijk vielen sommige groepen ook door de mazen van het net. Het is echter nog wachten op meer definitieve cijfers over de evolutie van de armoede gedurende de afgelopen twee jaar om hierover een definitief besluit te kunnen trekken. Hieronder alvast enkele tendensen en conclusies.

Macro-economische effecten

De covidcrisis had een grote economische impact. De terugval van de economische activiteit door de covidpandemie vertaalde zich in de groeicijfers van het bbp. Hoewel het bbp in 2020 kromp met 5,7%, herstelde de economie zich grotendeels in 2021. De positieve vooruitzichten voor 2022 worden echter ernstig gehypothekeerd door de oorlog in Oekraïne.  

Arbeidsmarkt

De Coronacrisis had ook een impact op de arbeidsmarkt. Ondanks een scherpe terugval in de economische activiteit in 2020 en het aantal gepresteerde arbeidsuren in de eerste maanden van de coronacrisis (maart-april 2020) bleven de klassieke arbeidsmarktindicatoren, de werkzaamheidsgraad- en werkloosheidsgraad, overwegend stabiel in 2020 en 2021.

Tijdelijke werkloosheid

De tijdelijke werkloosheid heeft een belangrijke rol gespeeld tijdens de Coronacrisis. Het heeft er namelijk mee voor gezorgd dat de impact op de arbeidsmarkt beperkt bleef. De tijdelijke werkloosheid nam zeer sterk toe in de periode maart-april 2020 en piekte in april tot ongeveer 700.000 voltijdsequivalenten. In totaal ontvingen 1.367.663 werknemers in de loop van 2020 minstens een uitkering voor tijdelijke werkloosheid. In 2021, daalde dat aantal tot 857.619. 

Ondanks deze relatief gunstige cijfers, is het belangrijk te weten dat bepaalde groepen oververtegenwoordigd waren in de tijdelijke werkloosheid, zowel in 2020 als in 2021. Deze oververtegenwoordiging zien we vooral bij bepaalde sectoren (bv. de horeca) en kwetsbaardere arbeidsmarktprofielen (bv. kortgeschoolden, personen met een buitenlandse nationaliteit en personen met een laag tot zeer laag loon). Het is daarentegen mogelijk dat bepaalde flexibele tewerkstellingsvormen zoals uitzendwerk, studentenarbeid, zwartwerk, … geen of moeilijk toegang hadden tot het vangnet dat de tijdelijke werkloosheid biedt, terwijl de crisis ook hen trof.

Zelfstandigen

Zelfstandigen deden massaal beroep op het overbruggingsrecht om de coronacrisis het hoofd te kunnen bieden. Dankzij het overbruggingsrecht werden zelfstandigen ondersteund die als gevolg van de crisis genoodzaakt waren om hun zelfstandige activiteit te onderbreken. In de periode maart-mei 2020 ontving 45% tot 50% van de zelfstandigen een crisis-overbruggingsrecht. Vanaf mei 2021 is er een sterke daling van het aantal overbruggingsrechten tot onder de 100.000. Deze daling zet zich in de maanden daarop verder, resulterend in significant lager niveau.

Inkomen en armoede

De impact van covid op de inkomens van huishoudens en de armoedegraad is nog onzeker door het gebrek aan definitieve gegevens. Verschillende simulaties wijzen echter op een beperkte tot matige (negatieve) impact op de beschikbare inkomens van huishoudens en de armoedegraad in 2020. Hiervoor worden de sociale bescherming en de ondersteuningsmaatregelen als belangrijke verklaring naar voren geschoven. Toch is het nog te vroeg om op basis van deze simulaties een definitieve inschatting te maken.

Sociale bijstand

Opvallend is de stijging in de aanvragen voor andere maatschappelijke hulp-en dienstverlening zoals voedselhulp, schuldbemiddeling, financiële hulp en (niet) urgente medische hulp in 2020 en 2021. Deze stijging wijst op een toegenomen behoefte aan steun. Bovendien blijft de andere maatschappelijke hulp-en dienstverlening steeds op een veel hoger niveau dan voor de crisis. De aanvragen voor een leefloon bleven daarentegen relatief stabiel.

Monitoring van de sociale impact van de Covid-19-crisis in België