Gender­ongelijkheid na pensionering weg­werken

9 februari 2024

In het kader van het Belgische voorzitterschap van de Europese Unie hebben de ministers David Clarinval en Karine Lalieux, samen met staatssecretaris Marie-Colline Leroy op 8 februari een conferentie op hoog niveau gehouden. Het doel was een gedachtewisseling tussen multidisciplinaire panels op gang te brengen over innovatieve en doeltreffende multidisciplinaire oplossingen om de genderpensioenkloof op nationaal en EU-niveau aan te pakken. De oorzaken van de genderpensioenkloof in kaart brengen, goede praktijken uitwisselen en nadenken over het ontwerp van pensioenstelsels kwamen eveneens als belangrijke aspecten aan bod.

Genderongelijkheid in cijfers

In 2019 bedroeg de pensioenkloof tussen vrouwen en mannen gemiddeld 29,5% in de Europese Unie, waarbij de koploper een kloof van 44% laat zien. Dit wordt veroorzaakt door uiteenlopende ongelijkheden op de arbeidsmarkt, en heeft tot gevolg dat gepensioneerde vrouwen een hoger risico lopen om in armoede terecht te komen.

In het vijfde beginsel van de Europese pijler van sociale rechten wordt de nadruk gelegd op billijke pensioenrechten voor vrouwen en mannen: "Werknemers en zelfstandigen hebben bij pensionering recht op een pensioen dat in verhouding staat tot hun bijdragen en een passend inkomen vormt. Vrouwen en mannen hebben gelijke mogelijkheden om pensioenrechten te verwerven. Iedereen heeft op oudere leeftijd recht op middelen die een waardig leven mogelijk maken."

Het Belgische voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie heeft de ambitie deze elementen verder aan bod te laten komen in de interinstitutionele verklaring over de toekomst van sociaal Europa van Terhulpen. Die is erop gericht onze verbintenis tot de Europese pijler van sociale rechten te bekrachtigen en onze inspanningen om de beginselen ervan verder uit te voeren, te versterken.

Oplossingen op nationaal en EU-niveau

Volgens het Belgische voorzitterschap van de Raad van de EU kunnen de Europese Unie en de lidstaten de genderpensioenkloof op hun niveau aanpakken door zich te richten op de onderliggende oorzaken van de kloof, namelijk genderongelijkheid op de arbeidsmarkt zoals de genderloonkloof, en op de manier waarop pensioenstelsels ontworpen zijn.

België wil zijn recente pensioenhervorming onder de aandacht brengen, die de toereikendheid van de pensioenen voor heel wat vrouwen met beperkte arbeidsparticipatie heeft verbeterd. Bij de hervorming wordt ook specifieke aandacht geschonken aan loopbanen van zelfstandigen, aangezien het bekend is dat de loopbaan van vrouwen doorgaans korter is. Dit kwam aan bod tijdens de laatste hervorming, waarbij de voorwaarden voor toegang tot het minimumpensioen werden versoepeld voor meewerkende echtgenoten van zelfstandigen.

Minister Clarinval, Belgisch minister van Middenstand en Zelfstandigen legde hierop de nadruk:  

"De bestrijding van genderongelijkheid, met het oog op een gelijkere Europese samenleving, moet worden voortgezet. We moeten ons nog harder inspannen om de genderpensioenkloof weg te werken, met name door de bestrijding van genderongelijkheid op de arbeidsmarkt op te voeren. Arbeid maakt het immers mogelijk eerlijke pensioenen te waarborgen die eenieders loopbaan weerspiegelen."

De genderpensioenkloof treft uiteraard alle vrouwen, ook vrouwen die als zelfstandige actief zijn.

"In België is de specifieke situatie waarbij meewerkende echtgenoten van zelfstandigen, doorgaans vrouwen, worden ondersteund, een representatief voorbeeld. Veel meewerkende echtgenoten hadden immers geen toegang tot het minimumpensioen. Zij moesten tot later wachten om pensioenrechten te verwerven. Tijdens deze legislatuur heb ik dit verholpen door de toegang tot het minimumpensioen onder bepaalde voorwaarden te versoepelen voor meewerkende echtgenoten. Dit betekende een belangrijke vooruitgang, zowel voor hun sociale positie als wat de erkenning van hun werk betreft."

Huidige en toekomstige monitoring op niveau van de EU en de lidstaten

Volgens het Belgische voorzitterschap van de Raad van de EU, zijn zowel de genderkloof met betrekking tot de pensioenen als die met betrekking tot de dekking van de pensioen belangrijke indicatoren, die een dimensie in kaart brengen die niet door andere indicatoren wordt gemeten. Daarom is het van belang dat zowel Eurostat als het verslag over de toereikendheid van de pensioenen ze op regelmatige basis monitoren.

Het Belgische voorzitterschap van de Raad van de EU stelt voor om de genderkloof inzake pensioenen en pensioendekking te monitoren en analyseren in het driejaarlijkse verslag over de toereikendheid van de pensioenen van het Comité voor sociale bescherming.

Aan het einde van de dag gaf minister Karine Lalieux, Belgisch minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, nog aan dat "het Belgische voorzitterschap ook wil wijzen op het belang van de Europese dimensie bij deze kwestie, rekening houdend met de exclusieve bevoegdheid van de lidstaten inzake pensioenbeleid."

We delen allen gemeenschappelijke waarden, en de bestrijding van ongelijkheden tussen vrouwen en mannen behoort tot het DNA van Europese integratie.

Karine Lalieux, Belgisch minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie:

"Omdat we samen sterk staan, heeft het Belgische voorzitterschap zich bij deze conferentie toegespitst op de uitwisseling van praktijken op dit gebied tussen de lidstaten, zoals minimumregelingen, ouderschapsverlof, maatregelen om gendersegregatie op de arbeidsmarkt te bestrijden en gezamenlijke denkoefeningen over mogelijke acties op Europees niveau."

Ze riep ook op om vooruitgang te boeken met betrekking tot de relevante indicatoren, met name door voor te stellen dat "deze kwestie aan bod komt in het werkprogramma 2024-2025 van de subgroep Indicatoren van het Comité voor sociale bescherming. We willen ook het gebruik van administratieve gegevens ter aanvulling van reeds bestaande studies bevorderen. Op die manier krijgt elk land een nauwkeuriger beeld van deze ongelijkheden. Tot slot zouden we graag zien dat het hoofdstuk over de genderpensioenkloof structureel wordt opgenomen in het verslag over de toereikendheid van de pensioenen van het Comité voor sociale bescherming."

Meer info